“Ik moet zeggen dat we best wel teleurgesteld zijn,” zei de man met het korte baardje, “ik hoop dat je dat begrijpt.”
Hij stond op de straat, voor de deur van het verblijf voor verdoolde jongeren. De knaap tegen wie hij het zei maakte een onrustige indruk. Hij stapte van zijn ene been op het andere, waarbij hij zichzelf voortdurend aan het krabben was. Zijn ogen stonden onrustig en zijn hoofd draaide steeds van de ene naar de andere kant. Het leek er sterk op dat hij de man met het korte baardje niet had begrepen.
De politie kwam, vier man sterk, om de jongen in bedwang te nemen en ketende hem met handboeien vast aan het hek van het verblijf. De jongen trok eraan, maar kwam niet los tot de ambulance kwam om hem naar wie-weet-waar te brengen.
De man met het korte baardje ging teleurgesteld weer naar binnen.