Vorige week publiceerde schrijfster Angela Wals in Amsterdam bij Uitgeverij Querido haar boek De jongen die wilde mislukken. In het boek beschrijft zij de speurtocht naar het criminele verleden van haar vriend, begin jaren negentig. De stad Arnhem, het Spijkerkwartier en jongerencentrum Willemeen spelen een hoofdrol in haar relaas.
Eerst een uitleg vooraf. Ruim één jaar geleden benaderde Angela Wals mij. Zij ontdekte op internet dat ik vanwege mijn publicaties nogal wat van de stad, en met name het Spijkerkwartier moest afweten. Wij ontmoetten elkaar en ik beantwoordde in een gesprek van anderhalf uur haar vragen. Ik was het interview eigenlijk vergeten totdat zij mij kort voor de boekpresentatie uitnodigde daarbij aanwezig te zijn.
Flaptekst
In de boekflaptekst wordt uitgelegd waarom zij de achtergrond van haar geliefde Thomas – zij wonen samen in Berlijn en hebben inmiddels een dochtertje van vijf jaar – wil leren kennen. Tijdens hun prille verliefdheid biecht hij plompverloren op dat hij een criminele carrière had. Na haar verbazing volgde fascinatie. Hoe manifesteerde dat criminele zich? “Thomas, dreigend met een bivakmuts op en zwaaiend met een wapen bij een benzinepomp? Maar zijn herinneringen aan de overvallen bevatten hiaten. Zij traceert zijn vroegere vrienden, reconstrueert de overvallen en zoekt de slachtoffers op.” Thomas heeft het nooit over ze, maar velen – zo ondervindt Angela Wals – denken, bijna tweeënhalf decennium later, nog steeds aan die dikwijls traumatisch ervaring. En er is nog iets dat Wals frappeert. Ze mist wezenlijke spijt bij hem over die misdaden van toen.
Cafetaria-overval
In een fiks aantal hoofdstukjes analyseert zij – op zeer gedegen journalistieke wijze – wat er zich vooraf en tijdens die straat-, snackbar- en benzinepompovervallen afspeelde. Zij spreekt bijvoorbeeld de voormalige snackbareigenaar, die zoveel jaar na 24 juli 1994, nog steeds met de psychische gevolgen van de overval worstelt. Zo besloot hij kort na de overval zijn zaak niet meer tot middernacht open te houden. In 2000 verkocht hij zijn cafetaria en ging op zijn 53-ste met pensioen. Hij had goed geboerd dus kon zich dat permitteren. “De vijf jaren die ik nog door ben gegaan, waren een ramp voor mij. Elke keer die angst ’s avonds.” Hij slaapt nog steeds slecht en loopt sindsdien niet graag ’s nachts op straat.
Onthulling
Tijdens de vele interviews met daders, slachtoffers en andere (justitieel) betrokkenen gaat Wals meestal pas tijdens het gesprek, met de billen bloot. Zij legt dan uit, waarom zij als vriendin van de blanke overvaller zo’n fascinatie voor de achterliggende verhalen heeft. Meestal levert dat verbaasde en begripvolle reacties op, maar de snackbarman heeft geen goed woord over voor die Marokkanen, waar hij eerder altijd positief ten opzichte van allochtonen stond. “Zo kreeg ik een ambivalente houding ten opzichte van binnenkomers. Dat heb ik echt een plek moeten geven, moeten leren nuanceren. Maar ik ga gewoon door met allochtonen. Ik wil mijn leven niet laten leiden door mijn ervaringen.” Het feit dat hij mede door een witte Nederlander was overvallen landde moeizaam. Kennelijk werkt stereotypering of discriminatie zo. De overval werd in de beleving van snackbareigenaar door Marokkanen uitgevoerd, waar de rol van de witte Nederlander werd gebagatelliseerd. Wals was er overigens niet op uit Thomas’ naam te zuiveren en kan zich goed voorstellen dat hij de overvallers haat.
Aangrijpend is ook het verhaal van Petra van Stijn wier pompstation aan de Arnhemse Dr. Lelyweg in de zomer van 1994 werd overvallen. Zij zat zelf niet achter de kassa, maar de impact die het als eigenaar op haar leven had, was groot.
De intelligente, muzikale Thomas werd gepakt, veroordeeld en zat een een forse gevangenisstraf uit. Hij leidt nu een braaf en evenwichtig bestaan als muzikant.
Stilistisch
Wie wil lezen waartoe adolescentie, ouders-met-problemen, foute vrienden, blowen, enzovoort, kan leiden, leze dit documentair journalistieke boek. Criminologen, officieren van justitie, vertegenwoordigers van de rechterlijke macht, sociaal-werkers, (strafrecht)advocaten, al dan niet in hun werk cynisch geworden reclasserings- en jeugdzorgmedewerkers, zullen er beslist iets van opsteken. Eens een dief, altijd een dief, klopt in dit geval niet.
Angela Wals’ literaire non-fictie boek De jongen die wilde mislukken, is stilistisch sterk. De wijze van onderzoek roept bij mij associaties op met de Duitse schrijver en undercoverjournalist Günter Wallraff, waar Wals geïnterviewden wél altijd met open vizier tegemoet trad. Het boek verdient van mij het maximale aantal te behalen sterren. Bij de Volkskrant zijn dat er vijf.
Beeld: portretfoto Angela Wals door haar – vrij van rechten – ter beschikking gesteld