Bron: persbericht Gemeente Arnhem.
De minister van Verkeer en Waterstaat neemt onvoldoende maatregelen om de omwonenden van de spoorlijn in Arnhem te beschermen tegen de risico’s van het groeiend vervoer van gevaarlijke stoffen over het spoor. Ook de voorzieningen tegen de toename van de geluid- en trillingoverlast zijn niet afdoende. Dit is de reactie van burgemeester en wethouders van Arnhem op het Programma Hoogfrequent Spoorvervoer. Dat programma heeft gunstige gevolgen voor Arnhem: méér reizigerstreinen van Arnhem naar Nijmegen en Utrecht (inclusief de internationale hogesnelheidstrein) en een vrije spoorkruising aan de oostkant van het station.
Maar er zijn ook ongunstige gevolgen: meer goederentreinen en meer vervoer van gevaarlijke stoffen. “Wij zijn het met de provincie eens dat met name aan de randvoorwaarde van voldoende compenserende maatregelen momenteel niet voldaan wordt. In de huidige plannen zijn veel te weinig middelen gereserveerd om langs de gehele spoorlijn die maatregelen te treffen die noodzakelijk zijn om leefbaarheid en bereikbaarheid te kunnen garanderen”. Dit schrijven burgemeester en wethouders in hun antwoord op de raadsmotie ‘Spoor geen black box meer’ en op vragen van de SP in de raad.
De IJssellijn door Arnhem (Elst – Arnhem -Zutphen – Deventer) krijgt extra goederentreinen te verwerken, omdat de minister op het zwaarbelaste spoorwegnet in de Randstad ruimte wil vrijmaken voor extra reizigerstreinen. Bovendien gaan er minder goederentreinen door een deel van Brabant rijden en méér over de Betuweroute en over de IJssellijn. B en W van Arnhem menen dat de minister in de huidige plannen onvoldoende garanties geeft en onvoldoende geld heeft uitgetrokken voor maatregelen voor de veiligheid en leefbaarheid van de spooromgeving.
Arnhem verkeert in een andere positie dan andere gemeenten langs de IJssellijn. Bij de uitvoering van ‘Sporen in Arnhem’ wordt de capaciteit van het spooremplacement Arnhem fors opgevoerd – onder meer met de aanleg van een vrije kruising aan de westkant van het station en de bouw van een vierde perron. Tegelijk worden er ook voorzieningen getroffen tegen geluid- en trillingoverlast. Voor het college is het de vraag of die maatregelen voldoende zullen zijn als het goederenvervoer over het spoor langdurig gaat toenemen. Voor de risico’s van het vervoer van gevaarlijke stoffen is een plafond afgesproken, dat daardoor doorbroken zou kunnen worden.
De gemeente Arnhem legt niet zelf contact met de minister: dat doen de provincies Gelderland en Overijssel en de stadsregio’s Arnhem Nijmegen en Twente mede namens de spoorgemeenten. Zij hebben gezamenlijk de voorwaarden geformuleerd waaronder ze willen meewerken aan vergroting van het spoorvervoer. Bewonersorganisaties zijn nauw betrokken. Vanuit de regio Oost-Nederland zijn Tweede Kamerleden benaderd en heeft er een bespreking plaatsgevonden met de Kamercommissie.
Eisen aan goederenvervoer
Voor het Programma Hoogfrequent Spoorvervoer heeft het kabinet landelijk 4¬Ω miljard euro gereserveerd. Voor Arnhem houdt het kabinetsbesluit in, dat de internationale hogesnelheidstrein op de Deltalijn vanuit Utrecht vrij kan doorrijden en dat er daarnaast per uur zes intercity’s plus sprinters tussen Utrecht en Arnhem gaan rijden. Tussen Arnhem en Nijmegen neemt het treinverkeer toe tot zes intercity’s en vier sprinters per uur. Mochten de kosten te hoog uitvallen of bezuinigingen worden doorgevoerd, dan gaat dat ten koste van het voorzieningenniveau. Wethouder Martijn Leisink (Mobiliteit): “Arnhem staat achter de vergroting van de frequentie van het reizigersvervoer. Maar samen met de hele regio stellen we eisen aan extra goederenvervoer. Dat moet evenwichtig worden gespreid over Nederland én Duitsland, mét een aanpak voor de lange termijn. En er zijn garanties nodig dat de veiligheid en leefbaarheid voor omwonenden gewaarborgd blijven, met bijbehorend budget.”
Wees de eerste die reageert op "Aan Arnhemse eisen voor extra goederentreinen is niet voldaan"