Net als Alien van Alst heb ik vandaag ook de regen getrotseerd en heb een rondje binnenstad gemaakt om een kijkje te nemen bij de Dag van de Arnhemse Geschiedenis. Ik was wat aan de late kant, maar nog net op tijd om het debat over de Sint-Jansbeek te volgen dat werd georganiseerd in de bibliotheek.
Onder leiding van Bob Roelofs debateerden Hans van Ammers (Beleidsmedewerker Water), Hans Jungerius (Kunstenaar en culturele projectmanager), Folkert Rotshuizen (Stichting Jansbeek Boven Water), Johan Wolthuis (Stichting Jansbeek Boven Water) en Menno Potjer (Stadshistoricus) over hoe de Jansbeek straks door de binnenstad zal stromen. Gaat die beek er weer net zo uitzien zoals vroeger, of wordt de loop en het aanzicht van de beek heel anders?
Door veel Arnhemmers is de wens uitgesproken om de Sint Jansbeek die nu ondergronds naar de Rijn loopt, zichtbaar door het centrum van de binnenstad te laten lopen. De Stichting Jansbeek Boven Water heeft zich tot taak gesteld deze gedachte vorm te geven in samenspraak met de Gemeenteraad en de Arnhemse bevolking.
Foto’s van het debat Jansbeek historisch boven water?
De Stichting geeft op haar website en in de flyer die werd uitgedeeld na het debat, een beeld van de Sint Jansbeek hoe het zou kunnen worden:
(…) De Sint Jansbeek ontspringt weer, ditmaal op het Gele Rijdersplein, in samenhang met het AKU-monument, om van daar via Bovenbeekstraat en Beekstraat in de richting van het gebouw der stadswachters te gaan, zich tonend in een steeds bredere stroom: geen zielig gootje met wat water, maar een flinke beek. Onregelmatig, op plekken die verwondering geven, staan leuke speelse waterkunstwerken. Het groen, Arnhems roem, zal ook op diverse plaatsen rond de beek gelardeerd worden. De beek, waarin watervallen zichtbaar zijn, maakt dan een bocht en dank zij de verhoging van het terrein zal het water opgepompt moeten worden om langs het stadhuis te kunnen gaan, waar de vroede vaderen haar glorieuze route kunnen volgen.
De Eusebiustoren zal in haar vernieuwde glorie de beek aan zijn voet voorbij zien gaan, over het Kerkplein, de bestaande ronde waterpartij omarmend, om met een groots gebaar de Nieuwstraat klaterend in te stromen. Daar wacht een nieuw wandelgebiedgebied waar veel water zal zijn in de vorm van bassins, fonteinen en andere levendige waterwerken. Een bassin zou in de winter omgetoverd kunnen worden in een ijsbaan. We zien winterhard groen, palmen en zitjes. Een speelvijver voor de kinderen, waar zij dan vanaf lage vlonders, bootjes door de wind voortgeduwd, kunnen laten varen. En wellicht een soort tropische hal waarin men winter en zomer kan genieten van drank spijs, en cultuur; een kleine zijarm van de machtige beek stroomt dan door die hal.
Dat gebied, omzoomd door vriendelijke huizen op menselijke maat gebouwd in natuursteen of baksteen, met balkons vanwaar men het aantrekkelijke leven op de begane grond kan aanschouwen. We zien daar huizen, in gevarieerde bouwstijlen, die de zon de ruimte geven het plein te doen beschijnen en waardoor in het nieuwe gebied overdag en in de avonduren een plezierig aanzien is ontstaan. En ook winkels en kleine bedrijven dragen bij aan de levendigheid.
De drukke Weerdjesstraat is dan enigszins verhoogd aangelegd; een aangename zeer brede onderdoorgang met in de wanden bewegende beelden, van de bron van de Rijn tot aan de Noordzee, biedt de wandelaars de mogelijkheid het nieuwe gebied verder te verkennen. Het water van de beek wordt in haar loop even onderbroken zij moet immers ook de verkeersader oversteken. Het opgepompte water wordt aan de andere zijde van de Weerdjesstraat weer zichtbaar en spoedt zich over een groene wandelboulevard, eveneens opgeluisterd met fraaie waterkunstwerken, richting Rijn.
Daar vindt de trotse Sint Jansbeek haar einde. In twee, weliswaar fraaie watervallen, eindigt het leven van deze oeroude Arnhemse beek door zich te storten in de Rijn. (…)
Het debat was levendig en toonde betrokkenheid van zowel genodigde gasten als bezoekers aan het debat. Over de vraag of de beek wel overal zichtbaar moet zijn, over de invulling van het Gele Rijdersplein en uiteraard over de financieèn. Wat me opvalt is dat de discussie al jaren wordt gevoerd en er nog weinig concrete stappen zijn gezet. Bob Roelofs verwees vanmiddag nog naar het herstel van de Sint Jansbeek en restauratie van de oude bruggen aan De la Reijstraat. Wellicht is dat een voorbeeld voor de Stichting Jansbeek Boven Water. Zorg dat je met de beschikbare middelen begint en zoek daarbij financièle steun. Niet alleen vanuit de gemeente maar ook van derden (denk daarbij aan betrokken projectontwikkelaars en vastgoedeigenaren).
Wat me na het debat het meest is bijgebleven is het bevlogen betoog van Henk Schuiling, o.a. gids van de Historische Kelders Arnhem (foto). Volgens Henk moeten ze gewoon de sluizen openzetten en het water zal Arnhem binnenstromen. De Hoge Veluwe is het natste gedeelte van Nederland waar jaarlijks zo’n 1050mm regen valt. Arnhem ligt lager dan de Hoge Veluwe en van nature zouden we hier eigenlijk allemaal met kaplaarzen door de stad moeten lopen zo nat zou het moeten zijn. En zo is het maar nat, uhh net 😉
Wees de eerste die reageert op "Jansbeek historisch boven water?"